Geschreven door Marjolijn
Deze ochtend halen we op het nippertje de trein naar Nijmegen. Het was een haastige ochtend. Had ik mijn dochter maar een paar minuten eerder wakker gemaakt, gaat er door mijn hoofd. Want haast en een dreumes gaan niet goed samen.
Maar het is gelukt: we zijn onderweg naar onze eerste ledendag sinds lange tijd. Ik ben al zeker anderhalf jaar aspirant-lid, maar ik heb me tot nu toe op de achtergrond gehouden, omdat ik me niet klaar voelde om weg te gaan van waar ik nu woon. Dat gevoel is aan het veranderen en Zuiderveld voelt steeds meer als een passende plek voor mijn dochter en mij. En dus is het nu wél de tijd om te integreren in het project en de groep.
Ik voel een mix van spanning en enthousiasme. Spanning, omdat ik me moet zien te verhouden tot een groep nieuwe mensen. Enthousiasme, omdat ik er enorm naar uitkijk om iedereen in levende lijve te ontmoeten. De eerste Zuidervelders ontmoet ik al in de bus van Nijmegen Centraal naar Berg en Dal. Het blijkt dat ik niet de enige nieuwe in de groep ben. Twee anderen vertellen ook voor het eerst aan te sluiten.
Bij de ingang worden we begroet door een vrolijk lid. Zij ziet toe op de naleving van het Coronaprotocol: “Heeft één van jullie klachten gehad? Hoesten, plotseling niet meer kunnen ruiken of proeven?” Die hebben we niet en dus kunnen we naar binnen. Van iemand anders krijgen we een naamsticker en de koffiedame voorziet ons van een drankje. Het programma begint met een check-in ronde. In een grote kring vertelt iedereen hoe hij of zij er bij zit. Hoe voelen we ons, wat leeft er in ons? Het is een fijne manier om verbinding met elkaar te gaan voelen.
Na de check-in gaan we in drie groepen naar buiten voor het surprisespel. “Welk voorwerp zou jij zeker meenemen als je zou gaan verhuizen? Pak dit voorwerp in en neem het mee”; zo luidde opdracht die we vooraf kregen. We leggen de ingepakte voorwerpen voor ons op tafel, pakken ze één voor één uit en leggen ze dan terug op tafel. Voorwerpen die bij elkaar passen leggen we bij elkaar.
Ondertussen zie ik hoe mijn dochter met twee andere kinderen in de tuin besjes aan het verzamelen is. Het geeft een warm gevoel om de kindjes zo samen in de weer te zien.
Een aantal van ‘onze’ voorwerpen hebben iets te maken met onze kindertijd, zoals het knuffeltje en het boek van Winnie de Poeh. Die leggen we bij elkaar. Andere voorwerpen hebben juist te maken met ons volwassen leven. En weer andere zitten er tussenin. “Kijk, het lijkt een soort reis van de kindertijd naar de volwassen leeftijd” merkt iemand op. En zo komen we op de naam van onze ‘expositie’: de reis. Nu we de naam hebben raden we welk voorwerp bij wie hoort. Zijn de kleine houten puzzelachtige stukjes van degene die zo goed strategisch kan denken? En zal het boek van Winnie de Poeh, waar zo veel wijsheden in zitten, van iemand zijn die niet om wijsheden verlegen zit? Als alle voorwerpen verdeeld zijn, vertelt iedereen welk voorwerp van hem of haar is en wat het voor hem of haar betekent. Er volgen mooie, persoonlijke verhalen die een stukje van ieders hart blootgeven. We delen onze ervaringen met het surpisespel met elkaar in een kring.
Daarna wordt er een mindfulnessoefening gegeven waaraan ik helaas niet kan deelnemen, omdat mijn dochter dringend aandacht nodig heeft. En dan is het alweer 13.00 uur. Wat is de tijd omgevlogen! Ik kijk terug op een zeer gezellige ochtend waarin we elkaar een stukje beter hebben leren kennen.